Als ze niks had gezegd was ik gewoon twee keer heen en weer
gereden, maar soms luister ik.
De uitreiking was best aardig, al kwam de bijna vijfduizend
euro niet mijn kant op. Dat had ik ook niet verwacht. Mijn bundel De eeuwige
Veenkoloniaal bevat columns en deze prijs was voor de beste bundel korte
verhalen, maar ach, je probeert eens wat.
Ik was in goed gezelschap, want A.L. Snijders won ook niet
en Tommy Wieringa ook niet en 21 anderen niet, want er waren 24 inzendingen. De
jury deed niet aan nominaties. Gewoon iedereen die een boek had ingestuurd werd
welkom geheten met twee consumptiebonnen en have fun.
Marente de Moor won wel en ik neem aan terecht. Volgens mij
kan zij wel schrijven en ik heb meteen ook maar het boek gekocht om te kijken
of dat zo is. Misschien dat uitgever mijn boek eens in moet zenden voor de verkiezing
van de beste columnbundel, maar ik weet niet of zo’n prijs bestaat.
De hele avond leverde in zoverre winst op dat ik serieus ga
nadenken over wat ik eigenlijk met schrijven wil. Ik heb van alles gedaan, doe
van allerlei dingen, maar het is hier wat, daar wat, column dit en blogje dat.
Net of ik met een pompbuks wat in het wilde weg schiet en volgens mij ben ik
daar wel klaar mee. Misschien moet ik mij maar eens concentreren en daar ook echt
de tijd voor nemen, voor goede verhalen. Korte verhalen, een roman, whatever.
Ik hield het in het Lloyd Hotel al vrij vlot voor gezien,
want ik ben dan reuze nieuwsgierig naar de hotelkamer en die is oké. Daar is de
prijs dan ook naar: 139 euro en ik besluit morgen of ik een ontbijtje neem van
15 euro. Ik denk het wel, wat moet je anders. Ik hoef pas om 12.00 uur, zelfs
13.00 uur kan nog, in Utrecht zijn en die tijd ga ik niet alleen op de
hotelkamer doorbrengen.
Het grappige is dat ik, net als alle andere mannen die
alleen een nacht in een hotel doorbrengen, meteen kijk of er porno op de
televisie is, maar dat was niet zo. Daar mocht ik ook niet naar kijken, appte
mijn vrouw.
Dus lig ik in bed met twee blikken bier, type Gulpener
Gladiator (10 procent), gekocht bij de Jumbo aan de Oostelijke Handelskade en
lees verder in het boek waar ik al weken in verkeer: De kunst is mijn slagveld,
het postume brievenboek van streekgenoot Nanne Tepper.
Het ligt hier lekker en ik heb slechts twee zorgen. Dat als
ik morgen de column voorlees binnen de vier minuten blijf – thuis klokte ik
03.45, dus moet in principe kunnen, maar twee keer verspreken en je hangt – en wie
morgenvroeg de hamster van mijn oudste zoon haar medicijn geeft. Het diertje
heeft een open wond aan de zijkant, vermoedelijk een tumor plus ontsteking,
maar kan ook alleen ontsteking zijn en om dat te verhelpen moet ze twee keer
per dag antibiotica hebben. Met een soort injectiespuit in de bek gespoten. Een
dosis van 0, 0225 liter
per keer. Dat heb ik tot dusver gedaan en ik weet nu al wie dat morgenvroeg
gaat doen. Niemand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten