Het begon om acht uur met de vraag van mijn vrouw of ik haar naar het
werk kon brengen. Dat kon, maar dat werd even rekenen. De oudste zou ik
dan eveneens moeten meenemen en die hoefde pas om kwart voor tien
te beginnen. Ik gaf hem de keuze: of met de bus, of met ons mee en dan te
vroeg.
Hij ging mee, zonder al te veel enthousiasme. Waarna de
jongste begon te sputteren, want die was nog steeds ziek en wilde alleen
thuisblijven. Voor een negenjarige redelijk ambitieus, maar nee, toch maar niet. De beide heren
uitten hun frustraties door in de auto op elkaar te zitten hakken. Daarmee
waren we er nog niet, want toen we inderdaad drie kwartier te vroeg bij de
school van de oudste aankwamen, wilde hij een beetje door de stad toeren om de tijd vol te maken.
Daar had ik geen zin aan en tijd voor, want ik had zelf ook
plannen. Zoals aan het boek over Milko werken – is niet gelukt – en een aantal
interviewafspraken maken – is wel gelukt – en de was draaien, de vaatwasser
uit en inruimen, douchen, drie kwartier bellen met een meneer over een
woekerpolis waar ik ingetuind ben (en de oplossing van hunnie tegenviel), soep eten, gitaarspelen en
boodschappen doen, want de jongste herinnerde me aan de belofte van wraps.
Ondertussen moest ik nadenken over het eind van de middag, want ik had te
veel afspraken. Ik werd verwacht in de stad omdat ik een van de drie
genomineerden voor de Kees van der Hoefprijs was (niet gewonnen, Poëziepaleis
wel). Daarbij moest ik om zeven uur de oudste weer van hockey halen, terwijl ik
om half acht naar een commissievergadering in Bedum zou luisteren en ik
bovendien piketdienst had. Wat betekent dat je elk moment kunt opgeroepen
worden voor ramp of rel.
Nadat vervanging voor hockeyvervoer en backup voor piket was
geregeld kon ik met een gerust hart naar de stad afreizen. Daar bleek dat ik
niet bij het Groninger Forum aan het Hereplein moest zijn, maar bij het
Groninger Forum/Openbare Bibliotheek aan de Oude Boteringestraat. Zodat ik met
de toch al balende jongste, die opnieuw alleen thuis wilde blijven, door de
stad moest rennen.
Toen we daar klaar waren ineens een appje van vrouwlief of ik haar wilde
ophalen. Kan wel, maar meteen, liet ik haar weten. Nee, we konden best even op haar wachten. Dat duurde dus een half uur en was het pas kwart
voor zes dat ik aan de wraps van de moeder van Ruud Boymans kon beginnen. Die lustte niemand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten