donderdag 5 november 2015
Ik jaag over het Slochterdiep, het is half elf, ik wil naar
huis, naar eindelijk op de bank na weer een avond weg en ik zet het gas erop,
wetend dat ik na de N46, Ringweg-Oost, Damsterdiep en Borgweg alleen nog het
Slochterdiep over moet en het is een mooie weg nu, met nieuwe asfalt, nog wel
wat bobbelig, maar mooi breed en ik doe het groot licht aan omdat ik dan harder
kan rijden en dat doe ik, al is het uitkijken, want het is hartstikke donker,
echt goede straatverlichting is er nog niet en ik weet ook niet hoe dat komt en
zelfs bij de nieuwe chicanes hou ik niet in, want ik ben er wel een beetje
klaar mee deze week, elke avond op pad en morgen wacht weer een nieuwe werkdag
en ik zie de brug bij Lageland al en ik schrik want ik verbeeld me dat ik
kikkertjes op de weg zie springen of nee, het zijn blaadjes die over het asfalt
waaien, maar nee, echt, het zijn toch kikkertjes en echt, ik moet uitkijken,
want ik wil ze niet doodrijden dat zou zielig zijn en oeps dat was er een, of
toch niet, want ik voel geen bonkje, wat wel zou moeten als ik er een overrijd,
want het zijn kleine kikkers en een keer weet ik zeker dat ik met mijn
linkervoorwiel er een bijna raak dus die zal wel wat jeuk op zijn neusje hebben
en zie je, het zijn echt kikkers en nu zit er een midden onder mijn auto als ik
er met tachtig kilometer per uur overheen ga en ik zou langzamer kunnen rijden maar
dat doe ik niet want ik heb ook pijn in mijn linkerschouder en ik weet zeker
dat het met vermoeidheid te maken heeft en even voor een pittige S-bocht moet
het groot licht uit vanwege een tegenligger, waarbij ik wel wat gas terugneem
omdat ik de breedte van het asfalt minder goed kan inschatten, maar als de
tegenligger voorbij is heb ik met een klik van de richtingaanwijzer weer
volledig zicht en ik weet dat ik moet oppassen omdat de weg hartstikke modderig
is, nog van de wegwerkzaamheden en ook van de boeren die op het land bezig
zijn, hé, zie je wel, links zie ik lichten op het land en er komt nu een mooi
recht stuk tot Denemarken, maar ook daar is het weer oppassen geblazen, vanwege
nieuwe kikkers en ik denk, kikkertjes, kikkertjes, jullie moeten allang slapen
en ik verbeeld me dat ik nu en dan een hoopje witte brokjes op het wegdek zie
liggen en ik denk: zijn dat doodgereden kikkers en ik wil snel thuis zijn, maar
ik minder toch vaart, want van de gedachte dat ik een moordenaar op vier wielen
ben word ik ook niet vrolijk en ik neem nog meer gas terug zodat als ik weer zo’n
vrolijk springende vriend zie ik meer kans heb om hem te ontwijken en hé, was
dat een fietser op het fietspad naast de weg, zo laat nog bij pad en ik zie in
het schijnsel van mijn koplampen een vogel wegvliegen, moet een reiger zijn en
wat gebeurt er toch nog veel zo laat op de avond en ik leg het laatste stukje
af tot de witte brug die de entree van mijn dorp markeert en ik minder vaart,
ik laat me als het ware uitvieren tot ik nog geen twintig per uur rijd en ik
doe het knipperlicht uit en ik rij onze oprit op en ik ben blij want ik heb
geen enkele bonkje gevoeld.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten