‘Nee, ik heb niks. Alleen wat blikschade. Nou ja, beetje
veel blikschade.’
Ze vroeg hoeveel.
Hij keek naar de auto. De linkerkant van de Renault zat in
elkaar, twee lekke banden en grill en spoiler aan de voorkant zaten los.
‘Zat je te bellen of zo?’
Nee, maar hij kon ook niet goed uitleggen wat er wel was
misgegaan. Bij het invoegen was de andere wagen ineens achter hem opgedoken. Gegier
van remmen, een paar doffe klappen en nu stonden ze met vier auto’s in de berm.
Een paar agenten waren bezig de bestuurders te ondervragen, anderen brachten het
verkeer weer op gang. Zes kilometer file. Hij was nu een regel
verkeersinformatie.
‘Maar hoeveel is beetje veel?’
‘Total loss ben ik bang.’
‘Ah nee.’
Haar reactie was begrijpelijk. De auto had net een beurt
gehad en twee nieuwe schokbrekers achter. Daarmee bleef een beetje spaargeld
over. Te weinig voor een andere auto. Ze hadden een probleem.
‘Maar ik ga hangen. Ik moet Henk zeggen dat ik later ben.
Als ik al kom. Dit gaat even duren. Ik zie wel hoe de dag loopt.’
Ze vroeg waar hij stond.
‘Op de A10 richting Slotervaart…’
Hij aarzelde. Het was even stil aan de andere kant van de
lijn en toen vroeg ze: ‘Maar die kant moet je toch helemaal niet uit naar je
werk?’
(Uitgesproken in de nacht van 11 op 12 februari in het VPRO-radioprogramma Nooit Meer Slapen, in de rubriek 'Schrijvers over de actualiteit'. Het verhaaltje is geïnspireerd op de eenregelige opmerkingen bij de verkeersinformatie, over een file na een ongeval. Die ochtend stond er een van 6 kilometer op de A10 richting Slotervaart. Te beluisteren via deze link, even na het journaal van 01.00 uur)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten