Zora Duvnjak komt uit Belgrado, woont in Groningen en is
mijn link naar Milko. Ik had haar eind vorig jaar benaderd, wetende dat ze
Lupko Ellen heeft geholpen met Nachtengel,
zijn laatste thriller, die deels in Joegoslavië speelt. Na een kopje koffie in
het Feithhuis, op een vrijdagmiddag, was ze meteen enthousiast. Ze zocht
contact via Facebook, via een Macedonisch talent dat bij haar inwoont, kreeg
zijn telefoonnummer en al in het eerste weekend belde ze hem. Over daadkracht
gesproken.
Milko is cool, zei Zora. Zo gewoon, zo relaxed. Niks te
vedette, niks te kapsones. Hij vindt het leuk dat er een boek over hem
verschijnt en zal alle medewerking verlenen. Cool, zeg ik haar na. Het zal het
eerste woord worden van de biografie, dat weet ik nu al.
Zora blijft contact met hem houden, we vatten het plan op om
in de krokusvakantie naar Belgrado te gaan, voor een kennismaking, maar ineens
laat Milko weten naar Groningen te komen. In eerste instantie voor de wedstrijd
tegen SC Cambuur, maar het wordt FC Groningen – Feyenoord. Ik regel kaarten,
licht de afdeling communicatie in en Milko maakt op Facebook melding van het
aanstaande bezoek. Het is dan woensdag 26 februari.
Het nieuws dat ik een boek over Milko Djurovski ga schrijven
doet snel de ronde. Ik licht Wim Masker in, mijn collega bij de Gezinsbode. Dan
kan hij het als eerste hebben. Veel reacties op Facebook en Twitter. Het
bevestigt mijn vermoeden dat de Rookmagiër, zoals hij wordt aangeduid, nog
immens populair is. Tussen 1990 en 1994 speelde hij 80 officiële wedstrijden en
maakte 31 doelpunten. Met hem in de gelederen beleefde FC Groningen in
1990/1991 het beste seizoen uit de historie en behaalde een derde plek.
Want los van dat het een fenomeen is, was het gewoon een erg
goede voetballer, die voorheen furore maakte bij Rode Ster Belgrado en Partizan
Belgrado en met Joegoslavië in 1984 Olympisch kampioen werd.
Met zijn twee vrienden onderneemt Milko het voorbije
weekeinde een Tour de Force, ze vertrekken zaterdagochtend om vijf uur uit Slovenië,
zijn om zes uur in Heerenveen, zien de wedstrijd tegen PEC Zwolle, gaan op de
foto met Marco van Basten, zijn om middernacht in het hotel, de volgende dag er
vroeg uit om door Groningen te toeren, alvorens ze naar de Euroborg gaan,
interviews, op de foto met Jan en alleman, ontvangst bij de FC, geëerd door de
supporters, de wedstrijd tegen Feyenoord zien, op de foto met Ronald Koeman,
meer interviews, oude bekenden zien, waaronder Henk Veldmate, Marcel van Buuren
en Jan Veenhof, daarna het supportershome in, voor een ontroerend ontvangst en
meteen na het duel in de auto voor de terugreis naar Slovenië. In de
parkeergarage krijgen Zora en ik FC Groningen-gastvrouw Wietske en ik nog een
flesje wijn.
‘De beste Sloveense wijn’, zegt Milko. Ook is er een voor
Hans Nijland.
Ze belden om elf uur die ochtend aan bij Zora. Een bijzonder
moment. Een held van vroeger zo dichtbij. Zo ineens. Ik kende hem eigenlijk alleen
van televisie. Maar de sfeer was meteen ontspannen. Milko en zijn vrienden praatten
honderuit. De gastvrouw kwam amper aan vertalen toe. Telkens als ze mij iets
wilde uitleggen, kletsten Milko of Toni er doorheen. Hij begon over het roken,
ja, dat Rookmagiër. Hoe kwam iedereen erop?
Zora vroeg of ze koffie wilden. Ja, maar daar moet een
sigaret bij. Mochten ze roken in huis? Nee. Op het balkon wel. Dus op het
balkon. Hij zal die dag de een na de ander opsteken. Ik heb hem niks zien eten.
Ik vroeg of het klopte dat ie op moonboots trainde. Nee. Wel eens met moonboots
gevoetbald? Gaat dus niet. Ook de panty’s kwamen ter sprake. Dat mensen hem
vooral daarvan herinnerden. Terwijl hij volgens eigen zeggen zijn beste tijd
als voetballer in de Martinistad beleefde. Maar wist hij dan, vroeg ik, dat na
zijn komst overal op de amateurvelden ineens jongemannen met maillots en
handschoenen liepen? En dat in Oost-Groningen, waar mannen doorgaans geen
panty’s dragen?
Ik heb een paar van mijn boeken meegenomen. Hij ziet De dronken rechtsbuiten en vraagt wat
die titel betekent. Zora vertaalt. Hij drinkt al twintig jaar niet meer, zegt
ie. Van de een op de andere dag gestopt. Hij bladert door Appie Alberts, Doctor in de
rock-‘n’roll. Ik zeg hem dat zijn boek er ongeveer zo uit zal zien, qua
formaat. Misschien iets meer pagina’s. Met foto’s. Veel foto’s. Ik wil zijn verhaal
vertellen, van de voetballer, van de mens, zijn jeugd, wat ie voor en na FC
Groningen heeft gedaan, als trainer, zijn voetbalvisie en zijn carrière als
zanger. Tegenwoordig zit Milko in de showbizz. Volgens hem moet het 40 procent
over zijn tijd voor FC Groningen gaan en zestig procent over FC Groningen.
Eerlijk gezegd denk ik andersom, want ik ben vooral nieuwsgierig naar zijn
leven daarvoor. Hoe hij met zijn broer Bosko als twaalfjarige van Zilce naar
Belgrado verhuisde, zijn tijd bij Rode Ster, de overstap naar Partizan, te
vergelijken met een overstap van Barcelona naar Real Madrid. Hij vraagt of ik
al een titel heb. Nee. Misschien gewoon Milko.
Eerlijk gezegd heb ik me verbaasd dat Djurovski speciaal
voor mij naar Groningen kwam. Goed, ik maak een boek over hem, maar dan nog.
Gaandeweg het bezoek bekruipt mij een gedachte. Zoals Milko er uit ziet, tot in
de puntjes verzorgd, onzeker over hoe hij ontvangen zal worden en als een
analyticus kijkend naar de wedstrijd. Er is nog een reden en dat spreekt hij
ook uit: het is ooit zijn droom om trainer van FC Groningen te worden. Want
zoals wij warme herinneringen aan Milko hebben, zo heeft Milko warme herinneringen
aan ons. Groningen was zijn tweede thuis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten